header7
fotoheader

0. fom pagina 1
UTRECHT, TivoliVredenburg, Grote Zaal. Uitvoerenden: Nederlandse Bachvereniging o.l.v. Shunske Sato. Programma: Wer ist der, so von Edom kömmt.

In Hulst vierden de inwoners begin deze week carnaval, - tijdens het Festival Oude Muziek (FOMU) werd gisteravond een pasticcio uitgevoerd met 42 nummers van een anonieme componist, Carl Heinrich Graun (en niet Joh. Gottlieb Graun, zoals het programma(boek) ons wilde laten geloven), Georg Ph. Telemann en Joh. Seb. Bach. Dat wil zeggen een stuk waarin delen uit hun werk is samengebracht en dat wellicht door Bach tot een nieuw geheel onder één titel (Wer is der, so von Edom kömmt) werd samengesmeed. En dat aan het eind van de zomer: anderhalf uur aaneengesloten passiemuziek die was bedoeld voor Goede Vrijdag en waarvan het manuscript in het bezit was van Carl Ph. E. Bach.

Gelukkig was de uitvoering door artist in residence, de Nederlandse Bachvereniging (NBV) o.l.v. Shunske Sato gratis live te volgen, zodat ook mensen die getroffen waren door de staking van de NS getuige konden zijn van wat in de persuitingen van het FOMU ‘een wonderlijke partituur’ werd genoemd. En dat was het ook, geheel passend binnen het kader van het opdelven van onbekend Passierepertoire door de NBV, die afgelopen seizoen ook Der Tod Jesu van Carl Heinrich Graun (1703/’04-1759) uitvoerde.

Natuurlijk: er kwamen bekende elementen in het stuk voor, zoals recitatieven, aria’s en koralen. Ook de retorische foefjes uit de tijd van de barok en de Empfindsamkeit werden door Sato niet zozeer geaccentueerd als wel uitgelicht en door korte Luftpausen omgeven: dalende halve stapjes op woorden als ‘Schmerzen’ en ‘Klagen’, ‘Heil’ en ‘Herz’, een triller op ‘Tränen’, zweepslagen gesymboliseerd door de strijkers en ga zo maar door. Het kon niet op.

De tekst is niet afkomstig uit een van de Bijbelse lijdensverhalen, maar uit de bevindelijke, reflectieve hoek. Een verschil met de ons bekende passionen van Bach is ook, dat geen personages worden opgevoerd en in de meditatieve aria’s van bijvoorbeeld Graun geen instrumentale solisten vallen te bespeuren, maar blazers (traverso’s, hobo’s) die unisono gelijk met de strijkers opgaan. Met één uitzondering: de tenoraria ‘Mich entseelt ein banger Schrecken’ waarin fagottist Benny Aghassi een buitengewoon fraaie solo speelde. De tenor, Marcel Beekman, was hierin aanmerkelijk beter op dreef dan in een eerder door hem gezongen aria die een onaantrekkelijke, scherpe klank had. Dit alles maakte deze aria meteen tot een van de hoogtepunten van het werk.

De vier solisten zongen tevens, samen met slechts vier leden van het koor van de NBV de koorpartijen. Ze waren als een halve maan, en door elkaar opgesteld achter het orkest dat speelde in weliswaar een kleine bezetting, maar met een rijke continuogroep. Daaronder ook het grote orgel, dat werd bespeeld door Bert Naessens. Eén instrument dat was aangekondigd, de viool van Sato, bleef onaangeroerd op een pianokruk liggen. Ongetwijfeld verwijzend naar de viool op de Vanitasschilderijen van een man als Pieter Claesz.

Op 31 augustus valt nog een passie te horen: Bachs Johannes-Passion op een nieuwe tekst van Thomas Höft. Al even wonderlijk, als we de persberichten mogen geloven. Daarover in een andere recensie meer.

Geschreven door: Els van Swol
Foto van: NBV
Gezien op: 30 augustus 2022 

 



 



vandaag 34

gisteren 139

deze week 815

afgelopen maand 8958

tot nu toe 316386

Kubik-Rubik Joomla! Extensions


Hier adverteren? Bij afname van een recensie: 1e maand gratis!

daarna € 17,49 per maand 


museumaalten-add
singingvoices-add
Berts Music productions